OVERZICHT DOSSIERS

(WEB200G.07)


IS DE MENS VAN NATURE GEWELDLOOS? (G.07) (WEB200G.07)


Een gesprek* met Wim Robben over geweldloosheid en geweld; onze oorspronkelijke natuur; conflicten tussen mensen en volken; dictatuur; verweer tegen agressie; passiviteit en onrecht; ieders recht op verdediging; een meer vreedzame samenleving.


Hoe kijk je aan tegen het bestaan van geweld?
Geweld is een gegeven in onze wereld, maar nog nooit heb ik een aankondiging gelezen van een cursus of opleiding ‘Hoe word ik een gruwelijk mens’. Waar we naar op zoek zijn is hoe we een gelukkig mens worden! Vaak al in onze prille jeugd raken we beschadigd door wat er in ons leven gebeurt. Daardoor vervreemden we van onze natuurlijke staat, omdat er angst en afscherming in ons groeit. Maar die natuurlijke staat kennen we nog wel, ook al is het vaag, en allemaal verlangen we terug naar deze staat van zijn, die volkomen geweldloos is. Ja, we hunkeren er zelfs naar om de eventueel opgelopen diepe pijn te verwerken en te helen, en zo tot meer vrede, harmonie en rust in onszelf te komen.


Dus de mens is volgens jou van nature geweldloos?
Dát wat ik het levensbeginsel noem, en waar alle leven uit voortkomt, is geweldloos. Dit is onze oorsprong en wanneer wij in harmonie leven met onze oorsprong, zijn we niet gewelddadig. De ‘werkelijke aard’ van de mens is een evenwichtige situatie en geweld is een onevenwichtige situatie. Dat hoor je mensen die plotseling in geweld losbarsten ook zeggen: ‘ik was mezelf niet meer’ of ‘ik raakte buiten mezelf’.


Zie je veel mensen op zo’n vreedzame manier leven?
Dat is voor ons als mensen de grote uitdaging, en tevens ons diepste verlangen om die harmonie te vinden. De een is er dichter bij dan de ander. Het is een situatie waar je naartoe kunt leven. Stap voor stap, met vallen en opstaan. Maar je hoeft niet te wachten tot het zover is. Dan zou je moeten wachten tot je verlicht bent en dat zijn, door de hele geschiedenis van de mensheid heen, maar heel weinig mensen geweest. De Boeddha wordt vaak als voorbeeld genoemd. En ik denk dat mensen als bijvoorbeeld Tolstoy, Gandhi, Vinoba Bhave (die de Gandhiaanse beweging in India na 1948 inspireerde), Moeder Teresa en de Amerikaanse vredesactiviste Peace Pilgrim hun ware natuur redelijk dicht genaderd waren. Net als de Birmese activiste Aung San Suu Kyi en de Dalai Lama van Tibet in onze tijd. Maar ik zie dat ook bij veel ‘gewone’ mensen, vooral bij vrouwen. Integer, wijs, krachtig, mild, liefdevol en zorgzaam. Dus doe wat je kunt, met de menswaardige vermogens en middelen die jij tot je beschikking hebt. Elke dag zijn er duizenden geweldloze protest-acties: demonstraties, petities, stakingen, vasten, wakes, boycots etc., evenals ontelbare geweldloze constructieve acties: activiteiten en initiatieven die bijdragen aan ieders welzijn. Acties waarin mensen hun stem laten horen, druk kunnen uitoefenen om iets te veranderen of de gewenste veranderingen in praktijk brengen. Dergelijke acties zijn geweldloos als ze gebaseerd zijn op vreedzame middelen en gericht zijn op een nobel doel.


Dus conflicten kunnen ook zonder geweld uitgevochten worden?
Jazeker. Sterker nog: geweld leid je af van het conflict; van waar het werkelijk om gaat. Kenmerkend voor elk conflict is dat er tegengestelde belangen of inzichten zijn. In een relatie werkt dat zo en tussen volken en landen is het niet anders. Maar het hebben van tegengestelde belangen hoeft nog niet uit te monden in een conflict. Dat wordt het wanneer beide partijen onwrikbaar op hun strepen blijven staan. Dan is de volgende stap vaak het gebruik van geweld om je gelijk te halen. Wanneer je vanuit je eigen overtuiging open blijft voor de argumenten van de ander, is er een basis voor toenadering. Maar dit is misschien wel het lastigste wat er is. Dan zul je namelijk moeten erkennen dat de ander ook legitieme overtuigingen en gedachten kan hebben, net als jij. En dat die voor haar of hem net zo belangrijk zijn als jouw overtuigingen dat voor jou zijn. Wanneer je binnen een geweldloze aanpak blijft, kun je gaandeweg tot een oplossing komen.


Moet je dan niet iemand van de (hele) lange adem zijn?
Dat zou kunnen. Maar lost het geweld dan op korte termijn iets op? Kijk maar hoe langdurend conflicten binnen families kunnen zijn. Of binnen landen, zoals bijvoorbeeld het conflict tussen Palestijnen en Israëliërs. Of de strijd in Noord-Ierland tussen katholieken en protestanten, de Koerden in Turkije, de Tamils op Sri Lanka, Taiwan en China, Noord- en Zuid-Korea, de strijd in Colombia, in vele Afrikaanse landen…..en ga zo maar door. Kijk, conflicten horen bij het leven; daar is niets mis mee. Het probleem begint pas wanneer er geweld gebruikt wordt in een conflictsituatie; wanneer er iets gemeens insluipt: een leugen, bedrog of fysieke dreiging. Daarmee leg je de basis voor wantrouwen, haat en vergelding.


Maar zit de oorzaak van geweld niet dieper? Is het toch niet ingebakken in de mens?
De oorspronkelijke natuur van de mens is, zoals ik al zei, volkomen geweld-loos en daarom leeft in de mens het verlangen om in overeenstemming met die oorsprong te leven. Hoe dichter we daarbij komen des te meer rust en vrede we in ons voelen. Hoe verder ervan verwijderd, des te meer onrust en onvrede we ervaren, in onszelf en om ons heen. Daarom volgen zo velen cursussen in persoonlijke groei en heelwording; daarom is de mens religieus of spiritueel.
Daarbij komt nog dat ook via diepgaand wetenschappelijk onderzoek is aangetoond dat geweld niet inherent is aan de menselijke natuur. Het zit niet in ons levensbeginsel. (Zie hierover de ”Verklaring van Sevilla over geweld” aan het eind van het artikel.)


Maar we doen toch veel dat indruist tegen dit levensbeginsel?
Ja, wij kunnen dat! Dieren en planten - en ook baby’s en jonge kinderen - niet. Zij leven vanuit hun natuurlijke zijn en worden daardoor geleid. Daarom doen ze wat in overeenstemming is met het levensbeginsel, vanuit hun instictieve basis. Dat kan in onze ogen gewelddadig overkomen, vooral als het om vleesetende dieren gaat, maar het is geheel in overeenkomst met hun natuur. De termen geweldloos en geweld hebben dan ook alleen betrekking op de mensenwereld. Geweld bedreigt echter niet het levensbeginsel zelf, dat veel te krachtig is en niet kan sterven, maar het bedreigt de vormen van leven die er uit voortkomen: de planten, dieren en mensen. De mens kan bewust een berekenend lijden veroorzaken en doet dat ook. Dit laat onze gespletenheid zien. Een gespletenheid die we vergoelijken met uitspraken als: ‘zo erg is dat nou ook weer niet’; ‘we hoeven toch geen heiligen te zijn’; ‘iedereen zou dat toch doen’ etc. etc. Eigenlijk geven we hiermee dus al aan dat we iets doen waarvan we voelen dat het niet okee is. Ons geweten, ons diepste ‘weten’ en ‘besef’, speelt op en moet tot rust gemaand worden. Hierbij moet wel aangetekend worden dat ons geweten ook gekleurd wordt door culturele tradities en opvattingen.
De oorsprong van het geweld zit hem dus niet in het leven, wat in haar oorsprong in harmonie is, maar in de mogelijkheid die de mens heeft om zich hiervan af te wenden en zich tegen de levensvormen te keren, die te beschadigen en zo lijden te veroorzaken. Dat doet hij omdat hij zijn eigen belang hoger stelt dan het belang van de ander. Dit is het geweldsbeginsel; het ‘meerdere/mindere-principe’ dat zich kenmerkt door: ‘ik ben beter dan jij’, ‘ik heb meer rechten dan jij’, of ‘dit valt mij nu eenmaal toe’. Dit staat tegenover het geweldloosheidsbeginsel: leven op basis van het oprecht nastreven van ieders gelijkwaardige belang en welzijn. Het levensbeginsel, de levensoorsprong, is voor ieder gelijk. Met je boven de ander te stellen, en jezelf belangrijker te vinden, zet je de ellende in gang. Hoe meer een mens in harmonie komt met zijn levensoorsprong des te gelijkwaardiger hij wordt. Zie bijvoorbeeld mensen als Mahatma Gandhi of Moeder Teresa, die geen enkele behoefte hadden om zich boven anderen te verheffen of om belangrijk te doen.


Toch zijn de meeste mensen ervan overtuigd dat de mens van nature gewelddadig is.
Mensen die daarvan overtuigd zijn kijken vooral naar de buitenkant. Ik vergelijk het wel eens met een glas kristalhelder water waar wat rode inkt ingedaan is. Je bent dan al snel geneigd om te zeggen dat de vloeistof in dat glas van oorsprong rood is, want hoe kan het er anders rood uitzien? Hoe meer inkt je toevoegt des te roder het wordt. Zo is het ook met de mens. Des te gruwelijker iemands ervaringen zijn, des te gruwelijker de daden van zo iemand kunnen zijn. Maar het kan ook anders uitpakken, dat mensen door een diep proces van innerlijke genezing gaan, omdat ze al dat gruwelijks dat hun is aangedaan anderen niet willen aandoen. Zoals het water door hitte zal verdampen en zich zo ontdoet van de rode inkt, zo zal iemand die in zo’n proces zit zich eveneens van de negatieve invloed van haar of zijn afschuwe-lijke ervaringen bevrijden.
Maar er komt nog iets bij. Van jongs af aan worden we geïndoctrineerd met het geloof in geweld. Om bepaalde doeleinden te bereiken is geweld geoor-loofd en wordt het gerechtvaardigd, zo houdt men ons voor. Kijk maar eens met hoeveel hardnekkigheid ouders beweren dat het geoorloofd is om je kind te slaan. ‘En allemaal voor haar of zijn bestwil’……wordt er dan aan toe-gevoegd. Toch beginnen hier al de rode druppels inkt in het heldere water te komen. Om nog maar niet te spreken over de vanzelfsprekendheid waarmee via televisie, videofilms en computerspelletjes het geweld in ons geprogrammeerd wordt. Dit wordt allemaal in ons opgeslagen en als we onder druk komen te staan of geïrriteerd raken dan kan dit tot explosie komen. “Genoeg van geweld!” is de leus van een grote campagne onder de bevolking in Kosova (een deel van het voormalige Joegoslavië) (1). We moeten het geweld niet meer willen!
Daarom leg ik ook zoveel nadruk op het onderwijzen van omgangskunde, van basisschool tot universiteit, aangevuld met cursussen voor jong-volwassenen en volwassenen. Als we op een meer menswaardige manier met elkaar leren omgaan dan vormt dit de beste preventie tegen gemeenheid en geweld. Maar voorwaarde is wel dat de toestroom van geweld via de media, alsmede de rechtvaardiging en vanzelfsprekendheid ten aanzien van het gebruik maken van geweld, stopt. Alleen water lozen (symptoombestrijding) lost weinig op en bestendigt het alleen maar; de gaten moeten dicht (structurele, en wezenlijke, aanpak).


‘Maar hele volksstammen hebben hier toch geen boodschap aan? Neem nu de problemen die er in ons land zijn met gewelddadige Antilliaanse en Marokkaanse jongeren, hoe los je dat geweldloos op?

Neem ze serieus. Neem serieus wat er gebeurt. De kern van geweldloosheid is dat je de ander inschakelt bij het vinden van een oplossing. De kern van geweld is dat je de ander uitschakelt. Gandhi benadrukte dat je altijd samen moet zoeken naar een oplossing die voor iedereen goed is en dat je dat moet doen vanuit liefde voor het leven en voor de ander, op basis van geweldloze middelen. Deze jongeren zullen al benaderd moeten worden als ze heel jong zijn, samen met hun ouders. Dan kun je voorkomen dat ze in een crimineel milieu terechtkomen. Daarom pleit ik ook voor het onderwijsvak ‘omgangskunde’, zodat iedereen al van jongs af aan vertrouwd kan raken met een manier van omgaan met jezelf, de ander en je omgeving die ieder ten goede komt. Sociale vaardigheden leren en je sociale verantwoordelijkheid ontwikkelen. Maar als het hiervoor te laat is - en daar lijkt het nu wat een aantal jongeren betreft op - dan zul je inderdaad iets moeten doen. Wie de geboden vrijheid niet aan kan, en deze misbruikt om het leven van andere mensen te bedreigen of kapot te maken, heeft eerst een pittig stuk begeleiding nodig in een afgeschermde omgeving. Hierbij hoort ook een 40-urige werkweek; gewoon de kost verdienen of een vak leren, en voor je eigen huishouden zorgen, ook al zit je in een beschermde situatie. Leren wat wel en niet kan in een samenleving; leren om structuur in je leven te brengen en er zin aan te geven. Wie dat niet voldoende kan, psychische of verslavingsproblemen heeft, dient goede hulp en woonbegeleiding te krijgen. En wie zich van niets of niemand iets aantrekt zal binnen een afgeschermde omgeving een zo zinvol mogelijk leven geboden dienen te worden.
Maar zeker geen gedoogbeleid. Met door de vingers zien of een slappe aanpak geef je juist een vrijbrief voor agressief en misdadig gedrag. Ik las onlangs dat in de regio Utrecht een klein groepje jonge criminelen van onder de 25, slechts 5,5%, verantwoordelijk is voor bijna 50% van de misdaden. Een Utrechtse ‘veelpleger’ werd de afgelopen vier jaar 776 keer opgepakt voor criminele activiteiten. (2) Wat een ellende wordt burgers dan aangedaan, en wat een wanbeleid voeren politiek en justitie! Jongeren, maar trouwens ook heel wat ouderen, gaan steeds op zoek naar grenzen, die moet je dan dus duidelijk stellen.

Maar wat als je nu te maken hebt met dictators als Hitler, Stalin en Saddam Hoessein en ga zo maar door. Zijn aan hun tirannie grenzen te stellen? Tegenover hen sta je met een geweldloze benadering toch volkomen machteloos?

Je gebruikt het woord waar het nu net om draait: machteloos! Herinner je je die beelden nog van Ceaucescu. Die wrede en gehate dictator van Roemeni‘. Hij sprak, december 1989, tienduizenden demonstranten toe en probeerde hen tot kalmte te manen. Maar ze zwegen niet meer en applaudisseerden niet meer op zijn bevel, als alle jaren daarvoor! Ze begonnen te joelen en schreeuwden: 'moordenaar '. Van Ceaucescu bleef niet meer dan een klein, angstig kereltje over die probeerde weg te vluchten, opgepakt werd en doodgeschoten. Hoeveel macht je als tiran hebt hangt helemaal af van je machtsbasis. Als die scheuren gaat vertonen, en steeds verder afbrokkelt, dan kan geen enkele dictator zich staande houden.
Prof. Gene Sharp (Harvard Universiteit, USA) heeft hier uitgebreid onderzoek naar gedaan. (3) Hij kwam tot de conclusie dat er een zekere mate aan steun vanuit de bevolking aanwezig moet zijn om een dictatuur in stand te houden. Vanuit de bevolking, of delen daarvan, komen de ambtenaren, politie-agenten en militairen. Zij dragen en verdedigen het regime. Van belang hierbij is dat het regime greep houdt op het bestuursapparaat, op de natuurlijke hulpbronnen, het economisch systeem, media en communicatie-middelen, alsmede op het transportsysteem. Als de repressie, of de levensomstandigheden, te erbarmelijk of te knellend worden dan begint de bevolking zich steeds openlijker en massaler te roeren en zullen delen van het bestuursapparaat, van politie en leger, zich terughoudender gaan opstellen en minder bereidwillig zijn het bewind te steunen. Ook de geestelijkheid en het zakenleven gaan zich kritischer opstellen. De machtsbasis van de dictator wordt met de dag kleiner en in een aantal maanden, of soms slechts weken, stort het gehate regime volledig in. De eens zo ongenaakbare dictator zal proberen zo snel mogelijk het veld te ruimen. Niet dat het in elke situatie zo loopt, en meestal zal de oppositie eerst een nietsontziende repressie te verduren krijgen, maar 'hoe harder een dictator met zijn zwaard op de golven van de oceaan ( 'de bevolking ') in slaat, des te sneller begeeft zijn arm (politie en leger) het ', drukte Gandhi het eens heel helder uit.
Voorwaarde is wel dat de oppositie blijft vasthouden aan een geweldloze strategie. Zij moet geen bedreiging vormen voor ambtenaren, politie en militairen, die het vuile werk moeten opknappen en daar steeds grotere weerzin tegen krijgen. Geweld, vanuit de oppositie, daarentegen geeft het regime, inclusief politie en leger, een rechtvaardiging om hard op te treden tegen de 'terroristen '. De moker van de repressie treft dan de moker van een gewelddadige oppositie, en niet de rubberen bal van het vreedzame verzet die de moker als een boemerang doet terugslaan op de troon van de tiran. Geweld tegen burgers die uitermate redelijke veranderingen willen en zich principieel geweldloos opstellen zal zich tegen de geweldpleger keren. Niet zelden wordt dan ook door dictaturen of overheden geprobeerd geweld uit te lokken, of via infiltranten geweld te laten plegen, om de oppositie in diskrediet te brengen. Vastberaden en onwankelbare geweldloze strijd ondergraaft de pijlers van de macht van de dictatuur dan ook op een doeltreffende wijze en geeft meer garanties voor democratische hervormingen na de val van het regime.
Dictators als Duvalier (Haïti, febr.1986), Marcos (Filippijnen, febr.1986), Pinochet (Chili, 1988), Zhikov (Bulgarije, nov.1989), Honnecker (Oost-Duitsland, nov.1989), Ceaucescu (dec.1989), Milosevic (Servië, okt.2000), om er maar enkele te noemen, konden zich niet staande houden toen hun volk massaal, en in overgrote mate geweldloos, in verzet kwam. (4) Hitler, Stalin en Saddam Hoessein vormen hierop geen uitzondering. Een geweldloos weerbare bevolking heeft het vermogen om een dictatuur ineen te laten storten, maar dat gebeurt alleen als men voldoende doorziet dat geweld uiteindelijk geen optie is. Des te meer het ons lukt om het geweld te verminderen of af te schaffen, des te meer de basis voor dictatuur, oorlog en onderdrukking verdwijnt. Zo niet dan blijven we elkaar binnen het 'slachtveld van de geweldscultuur ' naar het leven staan, inclusief de verlammende passiviteit om daar verandering in te brengen.
Weet je, van niemand kan verlangd worden dat hij of zij de meest perfecte oplossingen heeft voor elk probleem. Maar wel kan het de grote meerderheid der politici, religieuze leiders en wetenschappers ernstig kwalijk genomen worden dat zij enerzijds het gebruik van geweld blijven inzetten en goedpraten, en de omstandigheden zo voorstellen alsof dit de enig begaanbare weg is, terwijl ze anderzijds nalaten om de krachtige, vreedzame en menswaardige methoden van geweldloze conflictaanpak te helpen ontwikkelen. Oorlog als 'voortzetting van de politiek met andere middelen ' zou voor een beschaafde wereld niet meer aanvaardbaar dienen te zijn. Laten we dezelfde middelen gaan gebruiken waarop we in onze democratie‘n zo trots zijn. (Zie ook de bijlagen: 'Hitler 's regime moest buigen voor geweldloos protest ' en 'Doeltreffendheid van geweldloos verzet in WO2 '.)

En persoonlijk geweld dan? Hoe verweer je je geweldloos tegen agressie of tegen aanranding?

Als je aangevallen wordt dan bevind je je in de positie van de 'mindere '; een situatie die zich meestal volkomen onverwacht voordoet. De aanvaller, die vaak wel gericht is op wat hij van zins is, bevindt zich in de positie van de 'meerdereÕ '. Wat je kunt doen hangt veel af van de situatie (sta je tegenover een persoon of meerderen; is of zijn die dronken of onder invloed van drugs; zijn er andere mensen in de buurt of staan er huizen of niet; is het licht of donker; wordt je met een mes of pistool bedreigd), maar waar het om gaat is dat je er zo goed mogelijk, en met zo weinig mogelijk letsel, uit komt. In trainingen geweldloze zelfverdediging wordt daarom een basis-reactie geleerd die je binnen 2 seconden in een betere positie kan brengen, want meer tijd heb je niet. Het gaat om drie stappen:
1) adem (probeer diep te [blijven] ademen);
2) schat in (maak snel een inschatting van de situatie);
3) reageer (probeer het initiatief te nemen door op de situatie of op de ander[en] te reageren).
Voel je je in een situatie onveilig, begin dan direct met stap 1 en 2. Als je goed kunt blijven ademen (en je adem dus niet afgesneden wordt) dan kun je gemakkelijker rustig en in evenwicht (bij jezelf) blijven. Het houdt je bewust en tot handelen in staat. Schat in een oogopslag (+ het gevoel wat er bij je op komt) de situatie in waarin je zit. Doe iets of zeg iets waardoor de agressie afneemt (deëscaleert) en/of je veiligheid toeneemt. Ofwel: probeer de situatie zo te veranderen dat je in een betere en/of krachtigere positie komt. Dit kan, vanuit geweldloze weerbaarheid, soms door praten; soms door schreeuwen; soms door hulp van anderen inroepen; soms door proberen weg te komen. (Zie ook de bijlage: 'Ik bleef rustig en maar praten. ') Besef echter dat je nooit op alles voorbereid kunt zijn en dat je soms niet kunt voorkomen dat er geweld tegen je gebruikt wordt. Door bijvoorbeeld aan trainingen in geweldloze weerbaarheid deel te nemen kun je leren om in dergelijke situaties krachtiger en vaardiger te reageren, om zo beter en met minder schade uit zoÕn confrontatie te komen. (5)

Passief blijven en je bij de situatie neerleggen valt dus niet te rijmen met geweldloosheid?

Wat je overkomt en hoe je je zult gedragen is nooit te voorzien, maar in het algemeen kun je wel zeggen dat er nauwelijks een grotere tegenstelling denkbaar is dan tussen passiviteit en geweldloosheid. Nogal wat mensen hebben het idee dat geweldloosheid Ôniets doenÕ of Ôniets terug doenÕ betekent. Maar dat is passiviteit. Geweldloosheid is hieraan tegengesteld: het is Ôalles doen, behalve onrechtÕ. En 'onrecht ' is: psychisch, fysiek en structureel geweld doen of accepteren. Of anders gezegd: geweldloosheid is 'alles doen, behalve het leven (en de levensuitingen) beschadigen of benadelen '. Het is de meest actieve kracht die bestaat. En in de meest pure verschijningsvormen kun je zeggen dat geweldloosheid, waarheid, leven, schoonheid, liefde aspecten van het 'goddelijke ' zijn. Verschillende woorden voor hetzelfde. Als mens kunnen we proberen om daar zo dicht mogelijk bij in de buurt te komen, zonder er ooit aanspraak op te maken dat we het volledig bereikt hebben. Maar hoe sterker we intens geluk ervaren, en zien dat dat. geluk zich vanuit ons in onze omgeving - en van daaruit verder - verspreidt, des te dichter we bij onze oorsprong zijn.
Nog even terug naar het woord passiviteit. Dat betekent dus dat we 'niets doen '; dat we passief blijven. We laten het geweld zijn gang gaan. En daardoor is ook passiviteit een vorm van geweld. Waar het hierbij om gaat is: wat doe je om het geweld te stoppen? En daar kun je je op een groot aantal manieren voor inzetten. Mensen die in alle oprechtheid bidden voor vrede doen iets wat zeer actief is, terwijl anderen de straat op gaan met spandoeken om op vreedzame wijze hun protest en afkeer te uiten met betrekking tot allerlei vormen van geweld. Maar ook degene die vol liefde en zorg met haar of zijn baby, kinderen, medemensen, dieren en planten omgaat is zeer 'geweldloos actief '.

Maar heeft niet ieder het recht op verdediging?

Zeker! Maar opmerkelijk genoeg is het uitgerekend het geweld dat onze 'verdediging ' het meeste schaadt. Kijk, in wezen komt geweld altijd voort uit de behoefte aan 'verdediging '. We 'verdedigen ' ons lichaam en leven, onze bestaansmogelijkheden, onze persoonlijke belangen, ons huis en haard, ons land en territorium, onze eer en trots, onze waarden, ideeën en opvattingen, maar ook onze machtsposities en economische belangen, onze handels-imperiums en onze 'welvaart '. Onze behoefte aan 'verdediging ' is een natuur-lijk gegeven, maar door dat te doen via geweld zal de 'tegenpartij ' (de door ons benadeelde partij) eveneens reageren vanuit dezelfde behoefte aan ver-dediging. Daardoor dragen we bij aan de ondermijning van onze verdediging en van ons bestaan.
Dit komt omdat van geweld een bedreiging uitgaat en het de ander een rechtvaardiging geeft om met geweld te reageren. Het brengt angst en haat teweeg, gaat ten koste van de ander, veroorzaakt lijden en kwetsuur (zowel fysiek als psychisch), legt de basis voor 'tegengeweld ': nu onmiddellijk, of later via komende generaties. Deze vicieuze cirkel kan niet doorbroken, verminderd en gestopt worden door 'nog meer geweld ', maar alleen door een benadering zonder geweld. Een benadering die de oorzaken en de rechtvaardiging van het geweld en van het tegengeweld niet laat voortbestaan. Het is het geweld dat ons bedreigt. Dat is de massamoordenaar van mens, dier en milieu, en het is de mens die zich daarvoor leent! Hoe verder we het geweld verminderen des te beter ons welzijn en ons voortbestaan gegarandeerd is.

Dus je keurt het gebruik van geweld af?

Geweld is een vorm van reageren in een bepaalde situatie; vaak omdat we ons bedreigd voelen en niet weten hoe we daar anders mee om kunnen gaan. In het streven om tot meer geweldloosheid te komen gaat het daarom niet om het veroordelen of afkeuren van geweld en geweldgebruik. Daarmee los je de oorzaken van problemen niet op. Waar het bij geweldloosheid om gaat is enerzijds het doorzien van de werking en het effect van geweld, en anderzijds het oprecht zoeken naar, en het ontwikkelen en toepassen van, geweldloze mogelijkheden om als mensen en mensheid in meer harmonie en welzijn te leven. Daarom wordt vanuit de geweldloze benadering een krachtige andere aanpak ontwikkeld, waarbij het niet alleen gaat om het verdedigen van het eigenbelang, maar om het verdedigen van het wederzijds belang: ons aller belang. Wat 'voor ieder van belang is ' ( en niet wie het hardst kan 'schreeuwen, schelden, slaan, schoppen, schieten ') vormt de basis om ogenschijnlijk onoverbrugbare tegenstellingen te boven te komen. Dit vraagt van ons (als persoon, als groep, als volk of als land) soms het doormaken van een moeilijk en ingrijpend proces, waarin we alle barrières die het geweld opgeworpen hebben afbreken en we stap voor stap dichter tot elkaar komen. Hierdoor wordt een evenwichtigere en stabielere basis gelegd voor het algehele belang om als mensen en als mensheid op een meer vreedzame manier samen te kunnen leven. Een meer solide en doeltreffende 'verdediging ' van en voor ieder is nauwelijks denkbaar.

Hoe creëren we voor de toekomst een vreedzame samenleving?

Door geld, tijd en energie te steken in de verdere ontwikkeling en toepassing van de geweldloze aanpak. Als je ziet hoeveel er in het ontwikkelen van wapens en het voeren van oorlogen wordt gestoken! Dan praat je al gauw over een bedrag dat de 1000 miljard Euro per jaar verre te boven gaat, bekeken op wereldschaal. Want alleen al aan bewapening werd bijvoorbeeld in 2002 bijna 800 miljard uitgegeven (zie bijlage ÔWereld spendeert meer geld aan wapentuigÕ.) Bevordert dat de veiligheid en de vrede op aarde? Brengt dat ons aller welzijn dichterbij? Als we 1% van dat gigantische geweldsbudget zouden gebruiken voor geweldloze alternatieven dan zou dat een evolutionaire ommekeer ten goede in gang zetten. Maar wat iedereen bijvoorbeeld direct zelf al kan doen is: je kinderen met respect behandelen en openhartig naar hen luisteren; anderen behandelen zoals je zelf behandeld wilt worden; meer plantaardig voedsel eten en minder dierlijke producten; je afval verminderen en zoveel mogelijk meewerken aan het recyclen ervan om onze wereld leefbaar en gezond te houden; niet naar geweldsfilms op tv, video en in de bioscoop kijken; het streven naar Ôomgangskunde als onderwijsvakÕ ondersteunen.

Maar waarom zetten we dan toch die stap naar een geweldloze aanpak niet?

Daar zeg je wat: die 'stap '! Want eigenlijk vinden we een geweldloze aanpak het meest normaal. Ieder vindt het toch prettig om vriendelijk behandeld te worden, en niemand vindt het plezierig om benadeeld, beroofd of in elkaar geslagen te worden. Hier zit dus de kern van ons probleem. Te vaak doen we het tweede naar anderen, terwijl we het eerste voor onszelf (en de eigen verwanten, groep of bevolking) wensen. Daarin toont onze gespletenheid zich weer, waardoor we ellendige situaties creëren en we steeds weer oogsten wat we hebben gezaaid. En daar geven we dan anderen de schuld van. Het gaat dus inderdaad om het zetten van een 'stap '; het maken van een bewuste keuze; het nemen van een besluit! Gaan we bewust en overdacht de weg op van de geweldloze aanpak en kijken we hoe we die verder tot ontwikkeling kunnen brengen, of blijven we hangen in het goedpraten van geweld? Juist omdat we zo door het geweldsgeloof geprogrammeerd zijn zien we de ongekende kracht en mogelijkheden van een geweldloze benadering nog onvoldoende.
Maar anderzijds willen velen ook geen andere aanpak omdat hun belangen alleen via geweld in stand gehouden kunnen worden. Velen van ons willen aan dingen vasthouden die haaks staan op een vreedzame samenleving. Mensen die bijvoorbeeld veel geld verdienen willen dit zo houden, ook al zijn ze best bereid om flinke bedragen aan goede doelen te geven. Maar daarnaast stellen ze vaak alles in het werk om een wat redelijkere verhouding tegen te gaan, met als gevolg dat de structuren van beloning zo blijven als ze zijn. Weet je dat de, in ellendige omstandigheden levende, werknemers in Haïti van de Walt Disney Company 17 jaar moeten werken om het uurinkomen van hun directeur te verdienen (28 dollarcent tegen 9873 dollar per uur). Ook is - als voorbeeld - de gemiddelde consument niet bereid om meer dan Euro 0,15 uit te geven voor een ei. Dus moeten de kippen in een legbatterij. Dat is het gevolg. Onze manier van leven houdt vaak automatisch in dat we anderen - de aarde, dieren, medemensen - uitbuiten. Ons eigenbelang, en dat is goed beschouwd vooral het belang van een kleine groep, rijke Westerlingen en een schatrijke bovenlaag in andere landen, druist in tegen heel veel andere belangen. Het gegeven, aldus UNESCO, dat elk jaar ruim tien miljoen kinderen volkomen onnodig aan armoede, ondervoeding en ziektes sterven, zegt genoeg over het feit hoe de kaarten in de wereld geschud worden. Door de Verenigde Naties is berekend dat 7% van het budget dat in de wereld jaarlijks aan het militaire apparaat wordt uitgegeven voldoende is om dit probleem op te lossen, maar daar lijkt niemand oor naar te hebben. Zolang dit zo is en we niet bereid zijn de balans te herstellen zal een vreedzame samenleving nog ver te zoeken zijn.
Als we internationaal als samenlevingen zouden afspreken dat ieder zoveel mag verdienen als men wil, maar dat alles boven een netto jaarinkomen van bijvoorbeeld 250.000 Euro, naar Nederlandse maatstaven (en daar kun je heel aardig van leven), voor 2/3 naar de belasting en voor 1/3 naar een mondiaal solidariteitsfonds gaat dat het geld gebruikt voor humanitaire ontwikkelingsprojecten, dan zou dat veel bijdragen aan de vrede in mensen en in de wereld. Het verzet tegen een manier van leven die ons bestaan ondermijnt neemt echter toe. Veel meer mensen worden mondig en het aantal NGO 's (niet-gouvernementele organisaties) dat zich geweldloos inzet voor de belangen van de menselijke gemeenschap en het leven op aarde, neemt met de dag toe. Het bewustzijn groeit dat het onszelf beter gaat als het met ieder ander, en de dieren en het milieu, ook beter gaat.



(1) Zie: Geweldloos Actief, december 2001.
(2) Zie: 'Gezamenlijke aanpak van jonge veelplegers Utrecht ', Metro – 21 januari 2003.
(3 )Zie het 3-delige hoofdwerk van prof.Gene Sharp 'The politics of Nonviolent Action ', waarvan een uitgebreide samenvatting gepubliceerd werd in themanr. 5 van (4) Geweldloos Actief 'De politiek van geweldloze aktie ' (92 blz.; E 1,15). SVAG, Postbus 137, 8000 AC Zwolle.
(4) Zie 'Geweldloze strijd in de wereld van nu! ' themanr. 14 van Geweldloos Actief (48 blz.; E 1,15) en de brochure 'De mondiale verspreiding van aktieve geweldloosheid; de grote politieke omwentelingen sinds 1986 ' (32 blz.; E 3,40). SVAG, Postbus 137, 8000 AC Zwolle '
(5) Zie ook themanr.6 van Geweldloos Actief: 'Geweldloze weerbaarheid tegen aanranding’ (42 blz.; E 1,15) en hoofdstuk 9 'Hoe te handelen bij agressie ' in het themanummer 'Zinloos geweld een halt toeroepen ' (64 blz.; E 5,40). Dit hoofdstuk is ook op deze website te vinden onder A.09.


*Bewerkte, en aangepaste, versie van een interview door Ronald Hermsen, dat in juni 2002 verscheen in ‘Koörddanser, blad voor persoonlijke groei en ontwikkeling’, en een interview door Wim Schellekens, dat in december 2002 verscheen in ‘Zicht op Zin, oriënterend tijdschrift voor geestelijk werk en hulpverlening. De tekst die hier, op de website, gegeven is werd in twee delen gepubliceerd, resp. in het maart-nr. en juni-nr.2003, van ‘Geweldloos Actief, voor een cultuur van vrede en geweldloze kracht’.

 

BIJLAGEN BIJ DIT ARTIKEL:

  • Verklaring van Sevilla over geweld.
  • Ik bleef rustig en maar praten.
  • Hitler's regime moest buigen voor geweldloos protest.
  • Doeltreffendheid van geweldloos verzet in WO2.
  • Wereld spendeert meer geld aan wapentuig.
  • Misverstanden over geweldloosheid en geweldloze actie.

=============

Verklaring van Sevilla over geweld


Door UNESCO werd in 1986 een internationaal wetenschappelijk team samengesteld om te onderzoeken of geweld onlosmakelijk verbonden is met de menselijke natuur. Alle relevante disciplines, zoals diergedragskunde, psychologie, hersenonderzoek, erfelijkheidsleer en antropologie, waren hierbij betrokken. De bevindingen van het onderzoeksteam zijn neergelegd in de ‘Verklaring van Sevilla over Geweld’. Op basis van nauwgezet wetenschappelijk bewijsmateriaal weerlegt de Verklaring van Sevilla de mythe dat geweld inherent is aan de menselijke natuur, onder meer op basis van de volgende conclusies:
* van onze dierlijke voorlopers hebben we geen aanleg geërfd welke ons tot het voeren van oorlog brengt;
* oorlogvoering, of elk ander gewelddadig gedrag, is niet erfelijk in onze natuur geprogrammeerd;
* in de loop van de menselijke evolutie heeft er zich geen bepaalde selectie plaatsgevonden voor agressief gedrag dan voor ander gedrag;
* het geweld zit niet in de menselijke hersens. Hoe we handelen komt voort uit hoe we geconditioneerd en gesocialiseerd zijn. Er is niets in onze neuro-fysiologie (de levensfuncties van het zenuwstelsel) dat ons dwingt om gewelddadig te handelen;
* oorlogen worden niet veroorzaakt door ons instinct of door welke afzonderlijke beweegreden dan ook.
* dezelfde soort die de oorlog heeft uitgevonden bezit ook het vermogen om de vrede uit te vinden. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij ieder van ons.

 

=====

IK BLEEF RUSTIG EN MAAR PRATEN

'Een aantal jaren geleden, ik was toen vijftien, heb ik een ontzettend nare ervaring meegemaakt en het heeft lang geduurd voordat ik daar overheen was. Ik maakte alleen een wandeling in het bos; een man op een brommer komt naast me rijden en stapt af. Ik ren weg, maar hij haalt me in. Ik was ontzettend bang, maar bleef rustig. Hij vroeg me om een kusje. Ik zei hem: 'Ik geef je een kusje als je me belooft dat je me laat gaan. ' Hij beloofde dat en snel gaf ik hem een kusje. Hij liet me echter niet gaan. Ik zei: 'Je hebt het beloofd, dat is niet eerlijk. ' Ik bleef hierop hameren en smeken me te laten gaan. Toen zei hij: 'Ik zal je niets doen. Je hoeft alleen maar te kijken. ' Tegelijkertijd deed hij zijn broek open. Ik zei: 'Mijn ouders kunnen elk ogenblik komen, omdat ze me tegemoet zouden lopen. ' Hij vroeg me van welke kant en ik wees een willekeurige richting op waarna hij me liet gaan, mij de tegenovergestelde kant opsturend. Ik liep heel rustig weg, maar zodra hij uit het oog verdwenen was rende ik zo hard als ik kon naar huis terug. Achteraf heb ik zelf het idee doordat ik zo rustig bleef, en maar bleef praten, en uiteindelijk zei dat mijn ouders elk ogenblik zouden komen, het gevolg had dat er niets echt vervelends is gebeurd, alhoewel de gebeurtenis op zich natuurlijk al erg genoeg is. Ik denk dat wanneer ik agressief op die man gereageerd had ik hem ook tot agressief gedrag zou aanzetten. Het is nog steeds zo dat een man in de meeste gevallen meer lichamelijke kracht heeft, dus dat heeft niet veel zin. ' Annemieke Bron: 'Geweldloze weerbaarheid tegen aanranding '; themanummer 5 van Geweldloos Actief; blz.10. Te bestellen bij de SVAG, Zwolle.

=====

HITLER'S REGIME MOEST BUIGEN VOOR GEWELDLOOS PROTEST

Vaak wordt gesteld dat tijdens de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) geen enkele actie doeltreffend had kunnen zijn om de Europese Joodse bevolkingsgroep uit handen van de nazi 's te redden. Dat dit niet juist is wordt uitvoerig beschreven in het boek 'De banaliteit van het kwaad ' van de Amerikaanse Joodse onderzoekster Hannah Arendt. Dat miljoenen Joodse mensen naar de vernietigingskampen gevoerd konden worden wijt zij in belangrijke mate aan passiviteit en medewerking, niet in de laatste plaats vanuit Joodse kring. Dat ook miljoenen Joden gered werden komt hoofdzakelijk door geweldloos verzet, in de vorm van hulp bij onderduiken of vluchten, maar vooral door obstructie en niet-medewerking van lokale, regionale en nationale autoriteiten. Dit gebeurde op grote schaal in ondermeer België, Bulgarije, Denemarken, Frankrijk, Itali‘ (!) en Noorwegen; landen waar tussen de 70% en 100% van de Joodse bevolking werd gered.

Berlijn
Opmerkelijk genoeg vond een wel heel bijzondere bevrijdingsactie van duizenden Joodse mannen uitgerekend plaats in Berlijn, de hoofdstad van het Derde Rijk. Naar verluid wilde Joseph Goebbels, hoogste nazi-leider in Berlijn en rijksminister, aan Adolf Hitler voor zijn verjaardag op 20 april 1943 een 'Jodenvrij Berlijn ' als cadeau aanbieden. Naar schatting woonden er in de Duitse hoofdstad op dat moment nog zo 'n 6000 Joodse mannen die, ofschoon ze een Jodenster moesten dragen en in bepaalde fabrieken tewerkgesteld waren, tot dan toe met rust gelaten werden omdat ze met niet-Joodse vrouwen getrouwd waren. In februari 1943 gaf Goebbels echter opdracht om ook de laatste groep naar concentratiekamp Auschwitz te deporteren. Aan het eind van die maand reden colonnes vrachtautoÕs van de Gestapo door de straten, geëscorteerd door gewapende SS-ers. Ze stopten voor de poorten van de fabrieken en voor woningen. Onder het afdekzeil van de vrachtautoÕs waren de contouren van de dicht opeengepakte mensen zichtbaar. Al snel werd bekend waar de mannen naar toegebracht werden: het grote gevangenisgebouw aan de Rosenstrasze. Op de ochtend van zaterdag 27 februari 1943 verzamelden zich steeds meer vrouwen voor de poort van de gevangenis, om te weten te komen wat er met hun mannen of zoons gebeurde. 'Laat onze mannen vrij ' was de roep die steeds luider en massaler klonk. Al snel ging het bericht van de protestactie door de straten van Berlijn en breidde de groep zich uit. Ondanks het koude winterweer bleven de vele honderden vrouwen, maar ook mannen en kinderen, zelfs Õs nachts en elkaar in groepjes afwisselend, voor de poort van de gevangenis staan.

Confrontatie
Inmiddels was er crisisberaad op het hoofdkwartier van de Gestapo, 200 meter verderop in de Burgerstrasze. Ondanks dreigementen waren de vrouwen niet weggegaan. Op donderdag 4 maart begon de SS daarom met het aanvoeren van zandzakken voor de gevangenispoort en van kisten munitie. 'Maak de straat vrij, anders wordt er geschoten! ' schreeuwde de SS-commandant. In de voorste rijen ontstond enige paniek, maar al snel klonk een aanzwellende roep: 'Moordenaars ', 'Lafaards ', 'Schieten op vrouwen! ' De commandant draaide zich om naar zijn manschappen; de mitrailleurstellingen werden afgebroken, de munitiekisten gesloten en de SS-ers vertrokken. Even werd het doodstil; hier en daar hoorde je mensen huilen, maar al snel ontlaadde de spanning zich in een massaal 'Laat onze mannen vrij! '; 'We willen onze kinderen terug! ' Op vrijdag werd een eerste groep van 25 Joodse mannen, via de zijuitgang aan de Heidereutergasse, op transport gesteld om te zien hoe de vrouwen zouden reageren. Als ze bijvoorbeeld met stenen zouden gaan gooien, of andere vormen van geweld, dan kon alsnog hard ingegrepen worden. Maar men liet zich niet daartoe uitlokken en spoedig stroomde de zijstraat vol met protesterende mensen die ook daar de poort blokkeerden.

Overwinning
Op zaterdag 6 maart werden de eerste Joodse mannen, die in de gevangenis aan de Rosenstrasze zaten, vrijgelaten. Met een schriftelijke invrijheidsstelling in de hand kwamen ze in kleine groepjes naar buiten gelopen; in totaal ongeveer 2000. Bovendien werd het oppakken van de andere ongeveer 4000 Joodse mannen die in Berlijn woonden stopgezet. Joseph Goebbels schreef op 6 maart in zijn dagboek: 'Ik geef de Veiligheidsdienst opdracht om het evacueren van de Joden nu, uitgerekend op zoÕn kritiek moment, niet voort te zetten. We kunnen beter nog een paar weken wachten; dan kunnen we het nog grondiger aanpakken. ' Maar in werkelijk 'eid werd het op de lange baan geschoven en woonden de mannen vanaf dat moment volgens Nazi-recht zelfs Ôlegaal ' in Berlijn. Desalniettemin verklaarden de NaziÕs op 19 mei 1943 dat Berlijn 'Jodenvrij ' was. Maar zelfs de 25 mannen die reeds op transport gesteld waren kwamen, na hevige aandrang van de vrouwen, terug. Omdat ze reeds in Auschwitz geweest waren, en kennis genomen hadden van de gruwelen aldaar, konden ze niet vrijgelaten worden. Ze werden in een Berlijns werkkamp ondergebracht, waar hun familie regelmatig contact met hen had. Ook deze mannen overleefden de oorlog. Een van hen, Heinz Ullstein, beschreef de gebeurtenissen in zijn memoires. Door het moedige en volhardende protest in de Rosenstrasze, dat een week lang dag en nacht doorging, werd het Hitler-regime gedwongen om in haar eigen bolwerk Berlijn duizenden Joodse mannen vrij te laten en de vervolging van duizenden anderen stop te zetten.

Bronnen: Gene Sharp 'The Politics of Nonviolent Action ' blz.164, Boston Ð 1973. Gene Sharp 'Social Power and Political Freedom ', hoofdstuk: The Lesson of Eichmann; a review-essay on Hannah Arendt 's 'Eichmann in Jerusalem, a report on the banality of evil ', Boston Ð 1980. Gene Sharp 'Macht en Strijd, theorie en praktijk van geweldloze actie ', Het Spectrum, Utrecht Ð 1982. Gernot Jochheim 'Traum und Tat, wege des gewaltfreien widerstands ', Stuttgart Ð 1992. Gernot Jochheim 'Protest in der Rosenstrasze ', 192 blz., Stuttgart Ð 1992.

=====

DOELTREFFENDHEID VAN GEWELDLOOS VERZET IN WO2

Conflicten ontstaan als gevolg van tegenstrijdige belangen, gedragingen, wensen of meningen. Als alle betrokkenen bereid zijn samen na te denken over Ôoplossingen die ieder ten goede komenÕ dan kun je uit elk conflict komen. Maar de realiteit is maar al te vaak dat mensen, groepen, volken en landen niet bereid zijn, of geen mogelijkheid zien, om hier op een open wijze in mee te denken. Men stelt de eigen belangen centraal en de ander moet daar ondergeschikt aan gemaakt worden ..É moet daarvoor wijken. De vraag is dan: wat doen degenen die tot slachtoffer van de belangen, en van de machtspositie, van de ander gemaakt worden? In grote lijnen zijn er drie reacties: passiviteit en/of collaboratie (samenwerking met de vijand); gewelddadig verzet; geweldloos verzet. Aan alle drie hangt een prijskaartje en alle drie hebben bepaalde gevolgen. In elke onderdrukkingssituatie vind je de drie reacties als het ware naast elkaar: tijdens de Tweede Wereldoorlog was er in Nederland veel passiviteit en vrij veel collaboratie; er was relatief weinig gewelddadig verzet en er was vrij omvangrijk niet-gewelddadig en geweldloos verzet. In 1945 was het gewelddadige verzet bijna geheel ontmanteld, terwijl het massale niet-gewelddadige en geweldloze verzet minimaal was aangetast, omdat het veel ongrijpbaarder was. Dit werd bevestigd door de vooraanstaande Engelse militaire strateeg B.H.Liddell Hart, die in de eerste jaren na de Tweede Wereldoorlog betrokken was bij het ondervragen van Duitse generaals. Hij concludeerde: 'Hun informatie leek duidelijk te maken dat de gewelddadige vormen van verzet niet erg doeltreffend en lastig voor hen geweest waren. Behalve in uitgestrekte vlakten en berggebieden, zoals in Rusland en op de Balkan waar de topografie gunstig was voor gewelddadige activiteiten. In de vlakkere en dichtbevolkte landen van West-Europa was het zelden een serieus probleem tenzij, en totdat, het de geallieerde legers lukte om gelijktijdig grote druk uit te oefenen. Eveneens bleek uit hun informatie de doeltreffendheid van het geweldloze verzet, zoals dat in Denmarken, Nederland en Noorwegen, en in zekere mate in Frankrijk en België, gevoerd werd. Duidelijker nog was zelfs hun onmacht om het te bestrijden. Zij waren experts in geweld en waren getraind om af te rekenen met tegenstanders welke eveneens die methode gebruikten. Maar andere vormen van verzet bracht hen in de war, vooral naarmate de methoden subtiel en verborgen gehanteerd werden. Het was voor hen een opluchting als het verzet gewelddadig werd, en als geweldloze vormen vermengd werden met guerrilla-acties, waardoor het gemakkelijker werd om tegelijkertijd drastische maatregelen tegen beiden te nemen. ' (In: 'Civilian Resistance as a National Defence; Nonviolent Action against aggression ', pag.239-240; Penguin Books, Middlesex, Engeland Ð 1969.)

=====

WERELD SPENDEERT MEER GELD AAN WAPENTUIG

'De militaire uitgaven in de wereld zijn in 2002 met zes procent toegenomen tot 794 miljard dollar. Dat meldt het Internationaal Instituut voor Vredesonderzoek in Stockholm. De stijging is grotendeels het gevolg van Amerika 's strijd tegen het terrorisme. Washington neemt driekwart van de toename voor zijn rekening. Rusland bleek de grootste wapenexporteur in 2002, China de grootste importeur, gevolgd door India. De VS besteedden in 2002 336 miljard dollar aan wapens, 43 procent van het totaal. De militaire uitgaven in West-Europa zijn onveranderd gebleven. Voor 2003 wordt echter verwacht dat Groot-Brittanni‘ en Frankrijk meer besteden.Ó(Dagblad NRC, 18 juni 2003.)

=====

MISVERSTANDEN OVER GEWELDLOOSHEID EN GEWELDLOZE ACTIE

  • Geweldloosheid heeft niets te maken met passiviteit, onderwerping of lafheid. Pas als men deze overwonnen heeft kan de geweldloosheid effectief gehanteerd worden.
  • Geweldloosheid heeft niet altijd te maken met woordelijke of psychologische overreding. Het is vooral een strijdmethode waarin gebruik gemaakt wordt van sociale, economische en politieke macht.
  • Geweldloze actie berust niet op de overtuiging dat de mens van nature 'goed ' is.
  • Mensen die de geweldloze actie hanteren hoeven geen pacifisten of heiligen te zijn. In de praktijk is gebleken dat het door gewone mensen zeer doeltreffend gebruikt werd.
  • Succes door middelen van geweldloze actie hoeft niet afhankelijk te zijn van gemeenschappelijke principes, van een hoge mate van eenheid in belangen en een psychologisch dicht bij elkaar staan, hoewel dit de strijd wel kan vergemakkelijken.
  • Geweldloze actie is evenzeer een westers als een oosters fenomeen. Massale stakingen, demonstraties, boycots en niet-samenwerkingsacties komen in alle delen van de wereld veelvuldig voor.
  • Bij geweldloze actie heeft men niet de zekerheid dat de tegenstander geen geweld zal gebruiken. De methode heeft zich zo ontwikkeld dat men 'goede 'of 'slechte ' zaken gebruikt wordt, hoewel bij het gebruik voor 'goede ' doeleinden de kans op succes veel groter is, en men moreel hoger staat.
  • Geweldloze actie is niet beperkt tot binnenlandse conflicten in een democratisch systeem. Het is vaak gebruikt tegen dictators, buitenlandse bezetters en totalitaire regimes.
  • Geweldloosheid leidt niet altijd tot succes, evenmin als geweld altijd tot succes leidt. Bij geweld draait het vaak uit op een winnaar en een verliezer, met enorme kosten voor beide partijen. Bij geweldloosheid wordt toegewerkt naar een situatie waar beide er iets mee gewonnen hebben en de kosten voor de partijen zo klein mogelijk zijn.

Gene Sharp Bron: Materiaal Basis-Opleiding Actieve Geweldloosheid.

=====

Gepubliceerd in: Kwartaalblad Geweldloos Actief, Postbus 137, 8000 AC Zwolle.

(WEB200G.07)